Kinderen zijn kleine wetenschappers

‘De schrijver in mij had begraven kunnen worden door de fixatie op spelfouten’

Terug naar ovezicht

Mark Mieras is gefascineerd door de hersenen. Als wetenschapsjournalist beantwoordt hij - met behulp van onderzoek doorwetenschappers - vragen als “Hoe leren wij?” op een toegankelijke manier.

“Je verwacht het misschien niet bij een wetenschapsjournalist, maar ik ben dyslectisch. Op de basisschool was dat best ingewikkeld - het duurde even voor ik in mezelf geloofde.” 

Gelukkig had Mark in groep 6 een juf die zag dat hij alles weliswaar fonetisch opschreef, maar dat er wél een goed verhaal in zat. “De schrijver in mij had begraven kunnen worden door de fixatie op spelfouten, maar zij vroeg aan mijn ouders of ze de rode pen in haar lade mocht laten liggen. Zo ontdekte ik dat de dingen die ik schreef niet ‘fout’ waren, maar waardevol. Het raakt me nog steeds dat zij dat toen al in mij zag.”  

‘De schrijver in mij had begraven kunnen worden door de fixatie op spelfouten’

Dingen die kinderen leuk vinden, zijn vaak sturend in wat zij als volwassenen gaan doen. Professionals in opvang en onderwijs maken het verschil door dit te zien en aan te moedigen, legt Mark uit. “Als een kind ergens positieve feedback op krijgt, kan het zich doorontwikkelen en ontstaat er soms zelfs een passie. Dit geldt voor ieder kind: het enige dat zij nodig hebben om hun interesses en talenten te ontdekken, is een volwassene die ze aanmoedigt zodra zij het op het spoor zijn. Dit geeft zelfvertrouwen, waardoor kinderen zich daarna ook beter kunnen focussen op vakken waar niet hun talent ligt.”

Laat jouw passie zien

Het is waardevol voor kinderen om te zien waar volwassenen in hun leven enthousiast van worden. Wat inspireert je? Wat doe je in je vrije tijd? Waar gaat je hart sneller van kloppen? Laat dit als pedagogisch medewerker of leerkracht zien aan de kinderen. Het kan zomaar ‘besmettelijk’ zijn en iets moois aanwakkeren, adviseert Mark. “Wat op scholen goed werkt, is om passie en talent van leerkrachten onderling uit te wisselen. Als de meester van groep 5 gitaar speelt en de juf van groep 8 graag met theater bezig is, kun je af en toe voor een les ruilen van groep. Zo ontdekken kinderen nog sneller wat zij leuk vinden.”

In de kinderopvang is het vooral belangrijk om kinderen ruimte te geven. “Neem een rol aan in het spel van de kinderen en doe actief mee. Ga bijvoorbeeld winkeltje spelen en benoem alles. Op dat moment zijn die woorden functioneel in het spel. Zo onthouden kinderen ze veel beter dan wanneer je ze aanreikt in een taalles.” 

Samen iets nog niet durven weten

Hoe zit het dan met creativiteit? Dat ontstaat daar waar we plezier hebben, stelt Mark. “Het is niet doelgericht, er is geen stappenplan voor. Je moet openstaan voor het moment en samen iets nog niet durven weten. Laat je verrassen, heb samen met de kinderen plezier in het proces en laat het resultaat los. Als je het hele dagschema en alle lessen vooraf dichttimmert, is daar geen ruimte voor. Terwijl spontane dingen, die gebeuren vanuit de intrinsieke motivatie van kinderen, juist zo bijzonder zijn.” 

Op school ging (en/of gaat) het er vaak om dat kinderen iets kunnen laten zien aan hun ouders - maar knutselwerkjes met door volwassenen voorgeknipte stukken papier doen juist afbreuk aan creativiteit. “‘Fouten maken’ mag - en is zelfs heel belangrijk. Kinderen moeten dat leren, omdat zij er anders later last van kunnen krijgen. Als professional kun je de ouders/verzorgers iets vertellen over het proces. Dat is voor hen eigenlijk veel leuker dan alleen het resultaat; ze krijgen informatie over en inzicht in de stappen die hun kind zet.” 

‘Laat je verrassen, heb samen met de kinderen plezier in het proces en laat het resultaat los’

Mark pleit ervoor dat professionals die met kinderen werken, zelf ook altijd in de ‘lerende stand’ moeten staan. “Denk met je team na over wat jullie zelf willen leren - en breng dat in de klas in de praktijk. Kinderen spiegelen jouw houding. Het gaat erom dat je zelf altijd ‘onderweg’ blijft, zo geef je kinderen het goede voorbeeld.” 

Kleine wetenschappers

Want, aldus Mark: kinderen zijn kleine wetenschappers. “In hun spel testen zij continu hypotheses. Wat wij zien als spelen, is eigenlijk een wetenschappelijk proces. Ze ontwikkelen zich de hele dag door, want niets is aangeboren: alles moet nog geordend worden in het hoofd. Als iets niet lukt of niet werkt, passen zij zelf de hypothese aan en proberen ze het opnieuw.” 

Daarnaast kan het heel waardevol zijn om kinderen te leren hoe hun hersenen werken. “Zo maak je kinderen mede-eigenaar van hun leerproces. Leg ze uit dat het juist goed is als zij hun hersenen ‘horen kraken’, omdat zij dan grote stappen zetten. Vaak denken kinderen dat ze dom zijn als ze iets niet meteen snappen, maar het is juist andersom: als je er niet over hoeft na te denken, leer je minder.” 

‘Het is juist goed als kinderen hun eigen hersenen ‘horen kraken’, dan zetten zij grote stappen’

Tot slot - en samenvattend - een advies van Mark voor pedagogisch medewerkers en leerkrachten. “Geef de allerkleinsten en de onderbouw zo ruimte om te spelen, nieuwsgierig te zijn en plezier te maken - en neem daarin een stimulerende rol aan. Als een kind iets spannend vindt maar wel graag wil (bijvoorbeeld van het randje van de zandbak springen); moedig het aan. Help eerst, en geef het kind daarna het zelfvertrouwen om het alleen te doen. Zo help je ze over een grens. In de midden- en bovenbouw is het belangrijk om kinderen eigenaar te maken van hun leerproces. Geef ze verantwoordelijkheid, laat ze maar een keer op hun bek gaan. Begeleid ze vervolgens om het op te lossen. Daar leren ze van.”

 

Over Mark Mieras 

Mark werd geboren in 1962 in Amsterdam en heeft drie  kinderen. Sinds 1983 schrijft hij over wetenschap en sinds 2003 bijna  uitsluitend over hersenonderzoek. “Zelf ben ik geen onderzoeker. Wel praat ik veel met ze. Ik volg hun publicaties op de voet en ‘vertaal’ die resultaten voor het grote publiek, voor wie die kennis ook van grote waarde is.”